Er zijn een paar belangrijke spelregels die, als je ze goed hanteert, er voor zorgen dat je ‘echte’ muziek maakt. Het is aan te raden die goed te lezen voordat je begint.
a) Organisatie
Als de instrumenten worden uitgedeeld willen de kinderen niets liever dan lekker spelen. Een goede afspraak is om de instrumenten voor je neer op de grond te leggen en pas te spelen als je aan de beurt bent.
b) Stilte
Stilte is een belangrijke component. Stil zijn waar we stil moeten zijn, Vooraf en na afloop, maar ook tijdens het spel. Zo richt je de aandacht van de kinderen op de geluiden .
c) Gewenste en ongewenste geluiden
Omdat er bij deze soort van muziek maken gebruik wordt gemaakt van ‘gewone’ geluiden, is het belangrijk er voor te zorgen dat er tijdens het muziek maken geen andere ‘gewone’ geluiden worden gemaakt. Denkt hierbij aan schuiven met stoeltjes, tikken tegen tafels e.d.
d) Voorgrond en achtergrond
Hier gaat het om de balans tussen de geluiden. Welke geluid is het belangrijkst? Klinkt dat ook het hardst?
e) Hoe lang duren de geluiden?
Soms wekt het spanning verhogend om geluiden wat langer te laten duren. Dan kan daarna een heel kort geluid juist weer verrassend zijn.
f) Twee geluiden tegelijk
Zoals in ‘echte’ muziek zit in deze muziek het aantrekkelijke ook in het combineren van geluiden. Zorg er dus voor dat er altijd twee geluiden tegelijk klinken.
g) Hoofdzaak/bijzaak
Zoals in “echte” muziek is het bij kleutermuziek ook handig om te werken met (veel) achtergrond geluiden en (weinig) voorgrondgeluiden. Eén solist met de begeleiding van een hele klas of een groep kinderen. Simpel voorbeeld: alle kinderen hebben ritmestokjes en tikken daarmee zachtjes (door elkaar) op de grond. Eén kind is de solist en speelt een willekeurig maar wel contrasterend geluid daarbij.
h) Eenvoudig beginnen
Als je als leidster nog niet zo veel ervaring hebt met deze werkvorm, is het aan te raden eenvoudig te beginnen. Het allersimpelste muziekstuk bestaat uit twee geluiden. Als je die tegelijk speelt, mag je zeggen dat je een muziekstuk maakt. “Er loopt een man op straat en het regent” Twee geluiden en twee klankbronnen. Welke is het belangrijkste? Hoe speel je de voeten en hoe de regen?
i) Kop en staart
Net als in muziek voor volwassenen is het belangrijk dat stukjes muziek met kleuters een begin en een eind hebben.
j) Hoorspel/muziekspel
Bij een hoorspel wordt er toneel gespeeld en worden er geluiden bij gemaakt. In deze manier van muziek maken waar de geluiden belangrijker zijn dan de tekst, vertel je eerst het verhaal en maken de kinderen tegelijkertijd de bijbehorende geluiden. Daarna laat je de tekst weg en vertel je het zelfde verhaal met de geluiden.